Idee ontwikkeling voor het project "Vreemde vogels in het hof", het thema voor het buitenwerk van 2007 van galerie   G-achttien88.   

Het thema “vreemde vogels in het hof” roept bij mij onmiddellijk de associatie op met “paradijsvogels” :  uitzonderlijke exemplaren in een gecultiveerde omgeving ; zij die vrij zijn ; vogels van een kleurig pluimage die hun eigen pad gaan.

Natuurlijk komt deze associatie niet zomaar uit de lucht vallen. Dit thema over vrijheid boeit mij al langer. In werk dat ik eerder maakte is dit te zien. Organische vormen die zich proberen te ontworstelen aan het strakke stramien: (levend) hout gebonden in betongaas.

Deze gebondenheid geeft daartegenover echter ook structuur, regelmaat, orde en dus veilige zekerheid. Dit levert een spanningsveld tussen vrijheid en benauwdheid, tussen geborgenheid en beklemd zijn.

Het thema “vreemde vogels” past helemaal bij de vraag wat vrijheid eigenlijk is.

Het object wat ik voor zomer 2007 voor Buitenwerk in gedachte heb bestaat uit 7 gekooide bomen met daarop een aantal kleine gekleurde paradijsvogeltjes.

De bomen lijken gevangen in een kooi, of zijn ze er zelf ingegroeid ? Zeker is dat naarmate de jaren verstrijken en de bomen dikker worden er een “strijd” zal ontstaan tussen de levende bast en de vaste metalen structuur. De boom zal òf zo strak afgekneld worden dat de sapstromen blokkeren en afsterven òf zij zal het gaas verzwelgen en doorgroeien.

De kleine paradijsvogeltjes op het gaas zijn deze strijd ver vooruit. Zij laten zich niet kooien en vliegen uit zonder zich iets gelegen te laten aan de opgelegde beperkingen.

De paradijsvogeltjes die de tijdloze vrijheid symboliseren zijn blauw en wit als de lucht en goud als de zon, gesierd met kleurige wuivende staarten die hun levensvreugde uitstraalt.